maandag 1 juli 2013

kapperen


Doortje is nog al eens bezig met haar toekomst.
Wat ze allemaal wil worden, het blijft een lijst.
Rolpatroon doorbrekend opvoeden had ik al in het verleden opgegeven. Mijn zoon kreeg een popje toen hij heel klein was en onder het stof kon het drie jaar later naar zijn zusje over. Totaal geen interesse. Misschien teveel testosteron in de buurt gehad?
Mijn dochter wilde niet met auto´s spelen alleen als het echt echt echt de enige manier was om met haar broer samen te kunnen spelen. Doortje heeft een aantal wensen over haar werkend bestaan in de toekomst. In willekeurige volgorde noemt ze; kapper, moeder, juf, zuster en soms wil ze ook wel baas van een speelgoedwinkel worden. Het is vooral de kapper die het meest de kop op steekt. Doortje geniet, in tegenstelling tot mij, van kapperbezoekjes.
De dames van de kapsalon verwennen haar met versierde lokken, speldjes en glitters. Doortje kan haar hobby ook goed kwijt bij de kapper want die deelt ze namelijk met hen. Babbelen of je de dikste vrienden bent. Doortje verteld meestal net even meer dan mij lief is. Privégegevens waar ik me van afvraag wat vreemde meisjes van 25 er mee te maken hebben. Wat we doen,eten, kopen, wie er bij ons logeren!!!! Hoe stop je dat?
Thuis oefent Doortje op poppen ze heeft een speciale kapperdoos waarin allerlei elastiekjes en speldjes zitten. Als ik mazzel heb mag ik zelf ook wel eens in haar salon komen zitten. Nou ja salon, ik zit op de bank en zij staat achter me met haar buik tegen mijn rug te kappereren. Over straat kan ik niet daarna maar de behandeling is dan wel heerlijk geweest. Ik dank Doortje dan omdat ze zo’n creatieve kapperin of kapperes is. Zo noemde ze het beroep toen ze wat kleiner was.
Laatst logeerde mama bij ons toen ik op de logeerkamer een pluk haar van 7 centimeter ontdekte. De kleur was onmiskenbaar.
Mama wilde meteen verhaal halen bij Doortje.
Ik wilde even aankijken wat er zou gebeuren.
De volgende morgen maakten we samen mama wakker en speelde ik verbazing bij het zien van die pluk haar. ‘Hoe kan dat nou?’ riep ik. ‘Ik weet van niks’ riep Doortje net iets te schel. Op mijn knieën gezakt vroeg ik haar in de poppetjes van mijn ogen te kijken. Die vraag stellen we elkaar altijd bij een vermoeden van gejokkebrok. Ze hield vol; ‘echt niet Nana’. Met mijn hoofd op standje boos vroeg ik nog eens; ‘Doortje groeit jouw neus nou?’ Variant op hetzelfde thema.
Doortje brak los; dat ik toch wel wist dat ze kapster wilde worden, dat ze al zo vaak op de poppen had geoefend, dat het maar een ieniemienie klein stukje was en als laatste of ik zag wáár ze knipte. Nee. Dat niet gelukkig.
Mama keek streng en benieuwd toe hoe ik dit zou gaan oplossen maar ik deed mijn best om niet te lachen.
Het was me geen straf waard, welk kind doet niet zo’n poging?
Mama deed het, ik ook, getuige een zwart wit familieportret waar ik sip als een miskend talent op sta te kijken met een totaal verminkte pony. Mijn moeder was destijds wel boos want bij gebrek aan een fototoestel liet ze vroeger wel eens een thuisfotograaf komen, wat mij een keer inspireerde tot een privé make-over.
Ik hoorde nog vaak dat dat portret mislukt was.
Quasi serieus vertelde ik Doortje dat we beter konden wachten tot ze de kapperschool afgemaakt had voor ze nog eens écht zou knippen, en dat we tot die tijd haar versier vriendinnen in de kapsalon zouden bezoeken.